Je hebt mensen die alles eten, je hebt mensen die moeilijker zijn wat betreft eten… en dan heb je mij nog. Of althans, zo was ik vroeger toch. Ik heb mijn ouders op zijn minst enkele grijze haren bezorgd omwille van mijn eetgedrag. Spruitjes, boontjes, tomaatjes… Geen enkel probleem. Maar vanaf het eventjes buiten het normale ging, was ik niet meer mee.
Niet het normale, dat was voor mij ook bijvoorbeeld spaghetti en pizza. Pas toen ik een jaar of twintig was heb ik dat leren eten. Ik geef nog altijd de voorkeur aan een lekkere steak of een goede vol-au-vent. De Italiaanse keuken is nog altijd niet mijn favoriet, al kan ik een goede pizza of pasta intussen gelukkig wel appreciëren.
Onlangs deed ik op dat vlak een mooie ontdekking in Brussel. Samen met enkele vrienden gingen we eten in Mano à Mano in Elsene. Er kwamen heel wat lekkere gerechten op tafel. Ik hield het bij een relatief eenvoudige pizza met mozzarella di Bufala. Héérlijk! Het restaurant is bovendien gelegen op een heel gezellig pleintje. Het was nog mooi weer, dus we hadden een fantastische avond op het mooie terras. Hier zien ze me zeker nog terug.
Nog goede tips voor een lekkere Italiaan?
Voor wie het nog niet wist: ik woon intussen in Brussel. In de hoofdstad. Al blijft dat voor een Antwerpenaar natuurlijk stiekem Antwerpen. Maar ’t is hier goed. Ik leer de stad langzaamaan wat kennen. Af en toe neem ik jullie hier graag eens mee op ontdekkingstocht.
Een tijdje terug trokken we op citytrip naar Barcelona. Wat een prachtige stad! Maar daar wil ik het in deze blogpost nog even niet over hebben. We vertrokken zaterdagochtend in de luchthaven van Zaventem en keerden maandagavond terug vanop de luchthaven van Barcelona. En daar gebeurde telkens iets waar ik echt van schrok. Of beter gezegd: er gebeurde iets niet en daar schrok ik van.

